Liselotte Grijsen (‘Ik moet er niet aan denken dat mijn dansstudio onderloopt’) plaatst zandzakken langs de Maas bij Velden - Beeld Jeroen den Blijker
Het buitengebied van het dorpje Velden, gemeente Venlo, moest gisteren opeens evacueren. Maar de inwoners geven zich niet zo gemakkelijk gewonnen.
BRON: TROUW.nl - Jeroen den Blijker 16 juli 2021, 22:42
Plantencentrum Velden, dáár gebeurt het deze avond. Fietsers gewapend met scheppen gaan die kant op, trekkers en vrachtwagens met big bags banen zich een weg langs geparkeerde auto’s. Velden strijdt tegen het wassende water. En doet dat niet alleen.
Alle leven is dan al verdwenen uit de huizen in het buitengebied. Meubilair staat op de tafels. Zelfs het kleinvee is verdwenen – de stal langs de Vorstweg oogt leeg. Logisch. Eerder ging het hier ook fout met de Maas. Met de Kerst in 1993 stond bijvoorbeeld het water z'n dertig centimeter hoog in de gang, blijkt uit een gevelsteen van een huis.
Bij Plantencentrum Velden is het daarentegen druk. Daar vullen tientallen vrijwilligers, met hun scheppen, duizenden zandzakken. Eerlijk gezegd had Jeske van Mosveld uit Nijmegen haar vakantie wel anders voorgesteld. Ze had van haar vriend Benjamin Ramaekers juist deze week een paar dagen vakantie cadeau gekregen in een B&B in Valkenburg. “Maar ja, dat ging natuurlijk niet door.” Benjamin, die zelf woont in het hoger gelegen deel van Venlo, hoorde eerder op de dag via Omroep Venlo een noodkreet uit Velden. “Dus zijn we hiernaartoe gegaan om zakken te vullen. Straks komen ook nog vrienden uit de sportschool helpen.” Ondertussen vult Jeske alweer zandzakken. Ze is hier nog maar sinds een uur, verontschuldigt ze zich.
Heel anders dan Johannes Pieper, voorzitter van de theatervereniging uit Straelen, een Duitse stad, zo’n tien, twaalf kilometer over de grens. Hij is er al vanaf half elf, samen met zo’n 150 plaatsgenoten. Want de banden tussen Straelen en Velden zijn historisch, ze dateren nog uit de nadagen van de oorlog. Over en weer wordt er ook carnaval gevierd. Dus toen hij over de ellende in Velden hoorde, was het snel bekeken. “Vanochtend heb ik meteen een paar kratten broodjes gekocht”, zegt hij over de afdeling ‘koek en zopie’, die de zandscheppers op de been houdt. Er is koffie, soep, en de keuze is reuze, zoveel broodjes. Zandzakken scheppen is zwaar.
Nog een paar honderd meter te gaan: zandzakken langs de Maas bij Velden. Beeld Jeroen den Blijker
Volle zandzakken, zo’n kilo of twintig elk, verdwijnen uiteindelijk op pallets die naar de Maasdijk worden vervoerd met trekkers en opleggers. Daar stond het water in 1993 nog zeventig centimeter hoger dan op dit moment, maar het stijgt snel. Daarom is Jeroen Kusters, bewoner van Velden, (“Kijk, daar tussen de bomen zie je mijn oude huis”) druk op de dijk, met vrienden, en echtgenote Liselotte Grijsen. Ze tasten de zandzakken op, vier stuks hoog, samen nog geen halve meter dijkverhoging. Is het genoeg? Ach, haalt Kusters zijn schouders op. Spannend? Er is niet zoveel aan te doen hè…, zegt hij. “Mijn kinderen zijn veilig ondergebracht bij familie.” Liselotte Grijsen moet er niet aan denken dat haar dansstudio onderloopt.
Ondertussen is de dijk al over honderden meters opgehoogd. Nog een paar honderd meter te gaan, en de avondschemering is onverbiddelijk. De volgende trekker dient zich aan. Daar gaan ze weer, op de dijk. Nog een paar honderd meter slechts.
Zandzakken vullen bij Plantencentrum Velden. Dáár gebeurt het. Beeld Jeroen den Blijker